In Orcha waren vreselijk veel tempels en paleizen te bewonderen.
Jammer dat we hier maar één nacht bleven.
Alles was lopend goed te bereiken.
En dat deden we dus ook, alhoewel je honderd keer gevraagd werd of je toch echt geen tuc-tuc of fietsriksja wilde 🙂
De contrasten blijven groot tussen de prachtige oude paleizen en de woon- en leefomgeving nu.
Het landelijke Orchha was ooit de hoofdstad van de Bundelas, een Rajput-volk dat vanuit hier ruim tweeënhalve eeuw de omliggende gebieden regeerde. Tegenwoordig is Orchha niet meer dan een klein dorpje waar je in alle rust prachtige paleizen en tempels kunt bewonderen. De belangrijkste hiervan werden beschermd door de hoge muren van het fort, strategisch gelegen aan de Betwa-rivier.
Omdat Orchha nog niet druk bezocht wordt, heeft het zijn charme zeker weten te behouden.
Het is trouwens een aardige klim om bij het paleis/mahal te komen.
Een leuk weetje over het bordes waar we nu opstaan is, is dat het zeer ongelijke treden had, dan weer laag en dan weer zeer hoog. De uitleg was zo simpel, kom je met een paard aanrijden dan heb je een andere afstaphoogte dan bij een olifant of dromedaris. De vervoersmiddelen van die tijd 🙂
Het dakterras van de Jahangir Mahal is prachtig, een gelijkenis met een gekroond dak
door zijn vele sierlijke chhatris (koepelvormige paviljoens) is niet overdreven.
En als dan ook nog de zon ondergaat met gekleurde luchten word je stil en dankbaar, dat je hier mag staan.
.